
Naast de onderhoudsbijdrage, die gelinkt is aan de verblijfsgebonden kosten, spreekt de wet over verblijfsoverstijgende kosten. Denk maar aan dokterskosten, kleding, de kapper, schoolkosten, hobby’s, … . Deze kosten worden vervolgens onderverdeeld in “gewone” verblijfsoverstijgende kosten en “buitengewone” verblijfsoverstijgende kosten.
Gewone verblijfsoverstijgende kosten
Onder de gewone verblijfsoverstijgende kosten vallen de normale kosten voor het kind, die niet samenhangen met de plaats waar het kind verblijft, zoals een kappersbezoek, kleding, kosten van de huisarts, ….
Deze kosten zitten vervat in het onderhoudsgeld. Hiermee wordt dus, net zoals voor de verblijfsgebonden kosten, het onevenwicht tussen de inkomsten van de twee ouders en het verschil in verblijf van het kind bij de ouders rechtgezet.
Buitengewone of bijzondere verblijfsoverstijgende kosten
Onder buitengewone verblijfsoverstijgende kosten verstaat de wet “uitzonderlijke, noodzakelijke of onvoorzienbare uitgaven die voortvloeien uit toevallige of ongewone gebeurtenissen en die het gebruikelijke budget voor het dagelijkse onderhoud van het kind, dat desgevallend als basis diende voor de vaststelling van de onderhoudsbijdragen, overschrijden”. In mensentaal komt het er op neer dat alle kosten die niet specifiek bij één van beide ouders gemaakt worden hieronder vallen zoals de kosten voor een tandartsbezoek, een schooluitstap of het inschrijvingsgeld voor de jeugdbeweging.
Omdat er zeer vaak discussie bestaat omtrent de bijzondere kosten (ook wel: buitengewone kosten genoemd) voor de kinderen, heeft de wetgever hier in 2019 komaf mee gemaakt, door een lijst in te voeren van kosten die hieronder vallen.
Voor een volledige lijst verwijzen we je graag door naar onze LeidRAAD waar we je daarenbovenvolledig GRATIS uitleggen hoe je het onderhoudsgeld voor kinderen zelf kunt berekenen.
In deze lijst zul je zien dat de kost voor kleding niet is opgenomen. Deze kost zit namelijk inbegrepen in de “gewone verblijfsoverstijgende kosten”. Hiermee wordt met andere woorden rekening gehouden in de begroting van het onderhoudsgeld.
In sommige gevallen worden de kledingkosten toch gedeeld. Dit is het geval wanneer er tussen partijen een akkoord bestaat dat ook deze kosten tussen partijen worden gedeeld. Daarnaast kan ook de rechter in uitzonderlijke omstandigheden bepalen dat de kosten van kleding van de kinderen toch te dragen zijn door beide partijen volgens een bepaalde verdeelsleutel. Vaak wordt er ook gewerkt met een kindrekening (lees hier alles over in onze LeidRAAD), waarbij partijen overeenkomen dat de kosten van kleding ook van die rekening worden betaald.
Wat zien we spijtig genoeg nog vaak?
Zeker wanneer kinderen in een week-om-weekregeling verblijven, zien we dat beide ouders vaak een eigen kleerkast voorzien. Op zich is dat logisch. Omdat de spanning tussen ouders soms nog hoog oploopt, zien we dat de kinderen soms verplicht worden om de kleding die ze dragen op het wisselmoment uit te doen en onmiddellijk een outfit aan te doen die zich in de kleerkast bij de ouder bij wie ze gaan verblijven bevindt. Hierover oordeelde het Hof van Beroep van Antwerpen in een arrest in niet mis te verstane bewoordingen:
“De vordering dat elke ouder de kledij aankoopt voor de periode waarin de kinderen bij hem/haar zijn, dient verworpen te worden in de mate dat daarmede bedoeld wordt dat de kinderen in elke periode slechts de kledij kunnen dragen die de betreffende ouder heeft aangekocht. Kledij is immers bij opgroeiende kinderen een element van de uiting van de persoonlijkheid zodat het niet aangewezen is hierin een soort tweedeling te doen ontstaan.”
Gezond verstand, in het belang van je kinderen, is dus geboden!
Meer weten? Neem vrijblijvend contact met ons op of download alvast GRATIS onze LeidRAAD waarin we je stap voor stap door de berekening van het onderhoudsgeld voor kinderen loodsen.